Raamwerk Medisch Leiderschap
Voor wie?
Het RML is primair bedoeld voor artsen en studenten geneeskunde, om hen inzicht te geven in de kennis en vaardigheden die nodig zijn om medisch leiderschap te kunnen tonen. Daarnaast kan het RML worden gebruikt door opleiders, onderwijskundigen en aanbieders van nascholing bij het ontwikkelen van onderwijsaanbod. Ook voor verpleegkundigen, niet-medische managers, patiënten en anderen kan het RML relevant zijn.
Relatie met CanMeds
Het RML sluit aan bij het nieuwe CanMeds-model, dat de kerncompetenties van artsen beschrijft aan de hand van zeven ‘rollen’. Alle artsen in Nederland worden getraind en opgeleid volgens dit model. In 2015 is in het model de rol ‘manager’ vervangen door ‘leader’. In het RML zijn de competenties die specifiek horen bij de rol ‘leader’ zo expliciet en uniek mogelijk beschreven. Competenties als ‘samenwerken’, ‘communicatie’ en ‘moreel handelen’ komen in het RML minder sterk naar voren, omdat die al in de andere CanMeds-rollen uitgebreid aan bod komen. Uiteraard staat medisch leiderschap niet op zichzelf: artsen dienen bekwaam te zijn in alle CanMeds-competenties.
Structuur RML
Het RML bestaat uit twaalf competentiedomeinen, die grafisch kunnen worden ingedeeld in drie overlappende dimensies. Deze dimensies staan voor competenties die meer gericht zijn op het individu, op anderen en op de maatschappij (zie figuur).
Totstandkoming
Het RML is ontwikkeld op basis van wetenschappelijk onderzoek, dat plaatsvond in een samenwerkingsverband van Stichting Platform Medisch Leiderschap (PML) en de Universiteit Twente (UT). Het RML is gebaseerd op diepte-interviews met een zeer uiteenlopende groep artsen en ook niet-medische stakeholders, een systematisch onderzoek van de Nederlandse literatuur (zowel wetenschappelijke als beroepslectuur) over medisch leiderschap, een online survey en focusgroep-bijeenkomsten met artsen uit alle mogelijke geledingen van de zorg.
Ook in andere landen is medisch leiderschap uitgewerkt in competentieprofielen (MLCF en LEADS). Om goed aan te sluiten bij de situatie in Nederland is niet gekozen voor letterlijke vertaling van een van deze profielen, maar voor de ontwikkeling van een eigen, Nederlands competentieprofiel.
Doorontwikkeling
Medisch leiderschap verandert door de tijd heen. Enerzijds door de veranderende rol van artsen, anderzijds doordat er in toenemende mate onderzoek wordt gedaan naar medisch leiderschap en gerelateerde meet- en ontwikkelmethoden. Mede daardoor zal deze 1.0-versie van het RML de komende jaren samen met stakeholders worden doorontwikkeld. Als ‘custodians’ van het RML werken PML en UT daarin samen, bij voorkeur met andere onderzoekers en partijen in de Nederlandse en Europese zorg.
Gebruik
Gebruik van de tekst van het RML is een ieder toegestaan en wordt aangemoedigd, mits voorzien van bronvermelding als ‘©2015, Platform Medisch Leiderschap / Universiteit Twente’.
Over Universiteit Twente
Bij de Universiteit Twente vallen de ontwikkeling en het onderhoud van het RML binnen de onderzoekslijn Effective Interdisciplinary Collaboration and Medical Leadership, leerstoel Change Management and Organizational Behavior, Faculteit B.M.S., onder supervisie van W. Keijser, arts-onderzoeker en professor dr. C. Wilderom.
Contact
Voor meer informatie of het geven van feedback kunt u terecht bij Renee Weersma en Nutte van Belzen
1. Leiden vanuit visie Onderkent het belang van zowel een persoonlijke als een gemeenschappelijke, met anderen gedeelde visie*.
2. Persoonlijke ontwikkeling Onderkent het belang van voortdurende en optimale ontwikkeling van eigen kennis, houding en gedrag.
3. Voorbeeldgedrag Is zich bewust van de impact die houding en gedrag kunnen hebben op anderen en van de noodzaak om hier aandacht aan te geven.
4. Zichtbaarheid Weet dat het belangrijk is om als arts beschikbaar en zichtbaar te zijn in verschillende functies en rollen.
5. Verantwoordelijkheid nemen Is zich bewust van een dubbele verantwoordelijkheid: (a) de gedeelde verantwoordelijkheid voor het zorgproces en (b) de voorbehouden eindverantwoordelijkheid voor het geneeskundige proces.
6. Invloed uitoefenen Weet welke mogelijkheden artsen hebben om op verschillende niveaus (zoals werkvloer en management, binnen en buiten eigen vakgebied, internationaal en nationaal) invloed uit te oefenen, in het belang van bijvoorbeeld patiënten, mantelzorgers, andere (zorg)professionals, organisaties en maatschappij.
7. Coachen en aansturen van individuen Onderkent de formele en informele coachende en aansturende rol die artsen hebben ten opzichte van anderen in opleiding, werkzaam in een andere discipline of met een andere werkervaring.
8. Verbinden Onderkent het belang van het bevorderen van samenwerking met patiënten, collega’s en anderen, onder andere in multidisciplinaire team-, keten- en netwerkverbanden.
9. Organiseren Is zich bewust van de rol en de invloed van artsen op een effectieve organisatie van zorg en zorgprocessen.
10. Verbeteren van zorgkwaliteit Onderkent de invloed van artsen op het bestendigen en verbeteren van zorgkwaliteit, kwaliteitsbeleid en kwaliteitsmanagement.
11. Duurzaam inzetten van middelen Onderkent het belang van verantwoorde financiering, bekostiging en budgettering in de gezondheidszorg.
12. Ondernemen en innoveren Onderkent het belang van innovaties en ontwikkelingen, zowel medisch-inhoudelijk als daarbuiten.
Raamwerk Medisch Leiderschap versie 1.0